Mozes (Max) Tailleur (1909-1990) was een Joodse grappenmaker gespecialiseerd in Joodse humor en Sam-en-Moos-moppen. Hij werd geboren in een eenvoudig gezin in de Amsterdamse Jodenbuurt. Zijn vader was handelsreiziger en fabrikant en zijn moeder huisvrouw. Als schooljongen was Max al bezig met het amuseren van anderen. Serieuze betrekkingen als handelsreiziger en diamantslijper werden een mislukking. Tijdens de Duitse bezetting van Nederland slaagde Tailleur er in om naar Zwitserland uit te wijken. Na de invasie in Frankrijk ging hij naar Engeland waar hij zich bij de Prinses Irene Brigade aansloot. Hij trad daar op voor de militairen. Later terug in Nederland werd hij tekstschrijver voor cabaretiers zoals Snip en Snap. In 1952 begon Tailleur het cabaret De Doofpot in een voormalig café aan het Rembrandtplein, waar hij tot 1966 met veel succes moppen tapte. Om gezondsheidsredenen moest hij eind jaren '60 stoppen, maar in 1971 begon hij De Geinlijn waar men heen kon bellen om de mop van de dag te horen. Na zijn dood liet Max Tailleur een kaartsysteem met 50.000 moppen na. Zijn lijfspreuk luidde: Ik lach om niet te huilen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten